1 Koningen 19:13

SVEn het geschiedde, als Elia [dat] hoorde, dat hij zijn aangezicht bewond met zijn mantel, en uitging, en stond in den ingang der spelonk. En ziet, een stem [kwam] tot hem, die zeide: Wat maakt gij hier, Elia?
WLCוַיְהִ֣י ׀ כִּשְׁמֹ֣עַ אֵלִיָּ֗הוּ וַיָּ֤לֶט פָּנָיו֙ בְּאַדַּרְתֹּ֔ו וַיֵּצֵ֕א וַֽיַּעֲמֹ֖ד פֶּ֣תַח הַמְּעָרָ֑ה וְהִנֵּ֤ה אֵלָיו֙ קֹ֔ול וַיֹּ֕אמֶר מַה־לְּךָ֥ פֹ֖ה אֵלִיָּֽהוּ׃
Trans.wayəhî kišəmō‘a ’ēlîyâû wayyāleṭ pānāyw bə’adarətwō wayyēṣē’ wayya‘ămōḏ peṯaḥ hammə‘ārâ wəhinnēh ’ēlāyw qwōl wayyō’mer mah-lləḵā fōh ’ēlîyâû:

Algemeen

Zie ook: Aangezicht, Gelaat, Elia, Grot, Spelonk

Aantekeningen

En het geschiedde, als Elia [dat] hoorde, dat hij zijn aangezicht bewond met zijn mantel, en uitging, en stond in den ingang der spelonk. En ziet, een stem [kwam] tot hem, die zeide: Wat maakt gij hier, Elia?


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וַ

-

יְהִ֣י׀

En het geschiedde

כִּ

-

שְׁמֹ֣עַ

hoorde

אֵלִיָּ֗הוּ

als Elía

וַ

-

יָּ֤לֶט

bewond

פָּנָיו֙

dat hij zijn aangezicht

בְּ

-

אַדַּרְתּ֔וֹ

met zijn mantel

וַ

-

יֵּצֵ֕א

en uitging

וַֽ

-

יַּעֲמֹ֖ד

en stond

פֶּ֣תַח

in den ingang

הַ

-

מְּעָרָ֑ה

der spelonk

וְ

-

הִנֵּ֤ה

En ziet

אֵלָיו֙

tot

ק֔וֹל

een stem

וַ

-

יֹּ֕אמֶר

hem, die zeide

מַה־

Wat

לְּ

-

ךָ֥

-

פֹ֖ה

maakt gij hier

אֵלִיָּֽהוּ

Elía


En het geschiedde, als Elia [dat] hoorde, dat hij zijn aangezicht bewond met zijn mantel, en uitging, en stond in den ingang der spelonk. En ziet, een stem [kwam] tot hem, die zeide: Wat maakt gij hier, Elia?

____

Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!